Was de gepelde garnalen en kook ze 2 minuten, giet ze dan af en dep ze voorzichtig droog met keukenpapier. Laat afkoelen.
Voor de bijbehorende saus van de garnalencocktail doe de mayonaise, de ketchup, de milde mosterd en de cognac bij elkaar in een kom, meng door elkaar en voeg de room toe. Laat minstens een uur voor gebruik in de koelkast rusten.
Leg op de bodem van kleine kommetjes een bedje van gewassen en drooggedepte sla. Giet in elk kommetje een lepel saus, dan een lepel met garnalen, en weer een lepel saus.
Eindig nog met een paar garnalen en roze peper ter garnering.
1 theelepel gist voor hartige taarten (I Pizzaiolo)
zout en peper naar smaak
Bereiding
Doe de bloem met het bakpoeder in een kom en voeg het ei, de olie, de melk en de kaas toe.
Meng goed en voeg de gehakte walnoten toe tot het mengsel goed gemengd en compact is. Maak 1 of 2 platte broden en bak ze ongeveer 40 minuten in een hete oven op 180°C, maar hou het in de gaten!! Als de tijd verstreken is, laat ze dan even afkoelen en snijd ze in plakken van ongeveer 2 centimeter breed en zet ze terug in de oven voor de laatste bruining gedurende 5/10 minuten
Gnocchi alla romana kun je in een paar eenvoudige stappen bereiden.
Ingrediënten
Voor de gnocchi:
250 gram griesmeel
1 liter melk
100 gram geraspte parmigiano reggiano
50 gram boter
2 eierdooiers
Nootmuskaat
Zout
Peper
Om te gratineren
40 gram gesmolten boter
40 gram geraspte parmigiano reggiano
Giet de melk in een grote pan en warm het op samen met het zout, de peper en de nootmuskaat. Wanneer het begint te koken, voeg je gedurende enkele minuten druppelsgewijs het griesmeel al roerend toe totdat het ingedikt is; gebruik een garde om klonters te voorkomen.
Neem de pan van het vuur, voeg de boter toe en roer totdat je een mooi mengsel krijgt. Voeg de eierdooiers en de geraspte parmigiano reggiano toe en roer totdat het een glad mengsel is.
Giet het mengsel als het nog warm is op een met olie ingevette bakplaat.
Met de rug van een vochtige lepel spreid je het mengsel uit tot een laag van 1 centimeter dik; laat dit afkoelen.
Met een koekjesvorm van ongeveer 4 centimeter (of een glas) maak je één voor één de gnocchi en leg ze in een ovenschaal die ingesmeerd is met boter. Ze moeten elkaar net overlappen. Smeer ze met een kwastje in met boter en bestrooi ze met de geraspte parmigiano reggiano.
Zet het 15 minuten in een voorverwarmde oven op 180 graden en dan nog eens 5 minuten op de hoogste stand van de grill. Serveer de gnocchi alla romana warm. Het is ook mogelijk om ze op te warmen en de volgende dag op te eten.
Lavare i gamberetti sgusciati e lessarli per 2 minuti, quindi scolarli e asciugarli con della carta da cucina, tamponandoli con delicatezza. Fare raffreddare.
Per la salsa di accompagnamento del cocktail di gamberetti, unire in una terrina la maionese, il ketchup, la senape dolce e il cognac, mescolare e aggiungere anche la panna. Lasciare riposare in frigorifero almeno un’ora prima dell’utilizzo.
Preparare delle ciotoline singole con all’interno un letto di lattughino lavato e asciugato. Versare in ciascuna un cucchiaio di salsa, poi uno di gamberetti, e un altro di salsa.
Finite decorando ancora con qualche gamberetto con il pepe rosa.
Mettete la farina con il lievito in una ciotola e aggiungere l’uovo, l’olio, il latte e il formaggio. Mescolate bene e aggiungete le noci tritate fino a ottenere un composto ben amalgamato e compatto.
Fate 1 o 2 focacce e cuocetele a fuoco vivo a 180°C per circa 40 minuti, ma controllate bene!! Trascorso il tempo fatele raffreddare un po’ e tagliatele a fette larghe circa 2 centimetri e rimettetele in forno per la doratura finale per 5/10 minuti.
Gli gnocchi alla romana si preparano in pochi, semplici passaggi.
Ingredienti
Per gli gnocchi:
250 g di semolino
1 litro di latte
100 g di parmigiano reggiano grattugiato
50 g di burro
2 tuorli
noce moscata
sale
pepe
Per gratinare:
40 g di burro fuso
40 g di parmigiano reggiano grattugiato
Mettere il latte in una casseruola capiente e farlo scaldare insieme a sale, pepe e noce moscata. Quando sarà giunto al primo bollore unire il semolino a pioggia e mescolare continuamente per evitare la formazione di grumi con una frusta per qualche minuto, fino a quando si sarà addensato.
Fuori dal fuoco unire il burro e mescolare fino a ottenere un composto omogeneo. Aggiungere i tuorli, il parmigiano reggiano grattugiato e mescolare fino ad amalgamare.
Trasferire il composto ancora caldo all’interno di una teglia appena unta di olio. Stenderlo con il dorso di un cucchiaio inumidito in modo da ottenere una superficie di 1 cm di spessore e far raffreddare.
Con un tagliabiscotti circolare di 4 cm (o un bicchiere) ricavare gli gnocchi da adagiare uno alla volta all’interno di una pirofila ben imburrata. Dovranno sovrapporsi appena. Spennellarli con il burro e cospargere con il parmigiano reggiano grattugiato.
Cuocere nel forno già caldo a 180° per 15 minuti e poi far gratinare per altri 5 con il grill alla massima potenza. Sfornare gli gnocchi alla romana e servirli ben caldi, si possono anche riscaldare e mangiare il giorno dopo.
De Castagnaccio is een typisch Italiaans herfsttoetje, dat erg gemakkelijk te maken is, op basis van kastanjemeel, pijnboompitten, rozijnen en rozemarijn. Het is een eenvoudig, voedzaam en goedkoop boerengerecht, aangezien op het platteland de kastanje gemakkelijk te vinden is. Het is zeer simpel te maken, is van nature glutenvrij en kenmerkend voor de Apennijnen in Toscane, Ligurië, Emilia en Piemonte. Afhankelijk van in welke Italiaanse streek het wordt bereid, is er een aantal traditionele versies. Hieronder is de Toscaanse versie:
INGREDIENTEN:
500 gr kastanjemeel
500/550 gr water
120 gr rozijnen
100 gr pijnboompitten
1 takje rozemarijn
een snufje zout
een scheutje extra vierge olijfolie
Week de rozijnen ongeveer 5 minuten in water. In een kom zeef je het kastanjemeel en voeg je het zout toe. Voeg beetje bij beetje het water toe en meng met een garde. Het deeg moet zacht, fluwelig en nooit te vloeibaar zijn. Hou een eetlepel pijnboompitten apart en voeg de rest toe aan het deeg; doe hetzelfde met de rozijnen. Mix en meng alles door elkaar. Giet tot slot het mengsel in een met olie ingevette pan. Strooi de overgebleven pijnboompitten, rozijnen, en rozemarijnnaalden over het deeg.
Om een zachte castagnaccio met een malse binnenkant te krijgen, is het essentieel om niet te lang te laten bakken. Het is een lage cake die slechts 25 tot 30 minuten gebakken hoeft te worden in een statische oven op 180˚. Controleer met een houten tandenstoker en laat de taart nog even doorbakken als het deeg niet is uitgehard. Het is klaar wanneer de tandenstoker in een stevige, zachte en licht vochtige cake zakt. Het oppervlak moet helder en net gebarsten zijn.
Il castagnaccio è un tipico dolce italiano autunnale molto semplice da preparare, a base di farina di castagne, pinoli, uvetta e rosmarino. Un piatto povero di origine contadina, essendo la castagna piuttosto diffusa nelle campagne, poco costosa e nutriente. È caratteristico delle zone appenniniche di Toscana, Liguria, Emilia e Piemonte, facilissimo da cucinare e naturalmente privo di glutine.
Come ogni preparazione tradizionale, ne esistono numerose versioni, a seconda della zona italiana in cui viene realizzata: questa è quella toscana.
Ingredienti:
500 gr di farina di castagne
500/ 550 gr di acqua
120 gr di uvetta sultanina
100 gr di pinoli
1 rametto di rosmarino
un pizzico di sale
un filo d’ olio extravergine
Ammollare in acqua l’uvetta per circa 5 minuti. In una ciotola passare al setaccio la farina di castagne e aggiungere il sale. Aggiungere l’acqua a poco a poco, mescolando con una frusta a mano: l’impasto deve essere morbido, vellutato e mai troppo liquido. Aggiungere la maggior parte dei pinoli tenendone da parte un cucchiaio, la maggior parte dell’uvetta tenendone da parte un altro cucchiaio. Mescolare e amalgamare. Infine versare l’impasto in una teglia unta con olio extravergine. Aggiungere in superficie i pinoli e l’uvetta avanzati e aghi di rosmarino.Per ottenere un castagnaccio morbido e dal cuore tenero è fondamentale non cuocere troppo, è una torta bassa che tenderà a cuocere brevemente in forno statico a 180°, per circa 25 – 30 minuti. Controllare con uno stecchino di legno e prolungare la cottura solo se non è rassodato l’impasto. Sarà pronto quando lo stecchino affonda in una torta compatta, morbida e leggermente umida. La superficie deve risultare chiara e appena crepata.
Gnocco Fritto is een heerlijk voorgerecht specialiteit uit de keuken van Emilia Romagna. Het is een voorgerecht van brooddeeg op basis van water, bloem, gist en reuzel; eenmaal gebakken wordt het meestal gegeten met vleeswaren en kaas. Er zijn mensen die het zonder reuzel bereiden en mensen die het liever in de oven bakken voor een lichtere versie, maar dit is het originele, traditionele recept.
Ingredienten voor ongeveer 50 stuks
500 gram bloem
circa 200 gram water
1 theelepel gedroogde biergist (of 8 gr verse gist)
70 gram reuzel (of een gelijke hoeveelheid boter of extra vergine olijfolie)
1 theelepel suiker
12 gram zout
olie om te frituren
Bereiding
Maak een beslag van 60 gram van de totale hoeveelheid bloem vermengd met gist, suiker en tot slot 50-55 gram water om een beslag te verkrijgen. Bij het gebruik van verse gist wordt dit gemengd met 50 gram water. Laat het bedekt met folie rijzen op de radiator, op ca 28° graden, totdat het verdubbeld is en er zich bubbels op het oppervlak vormen (ongeveer 1 uur).
Voeg dan de rest van de bloem en het water toe. Met de hand kneden tot al het vocht is opgenomen; als het deeg te hard is en er nog bloem aan de kom zit, voeg dan nog een lepel water toe, precies het nodige om alles te binden. Voeg beetje bij beetje het zachte reuzel toe: rustig kneden, wacht tot het ene stukje is geabsorbeerd voordat je er weer één toevoegt. Het deeg moet zacht en glad zijn. Voeg het zout toe en kneed opnieuw.
Vorm een bal en snijd er een kruis in. Dek af met folie en laat rijzen op een plek van ongeveer 28 graden tot het in volume verdrievoudigt is (ongeveer 2 uur).
Rol het deeg uit met een deegroller, bestrooid met een beetje bloem, en vorm een rechthoek met een dikte van circa 3 millimeter. Snijd stroken van 5 centimeter breed en snij dan diagonale stroken, zodat je ruiten krijgt. Wanneer de olie op temperatuur is, doe je er een paar stukjes tegelijk in en wacht je tot de knoedel opzwelt. Draai deze dan om en binnen een minuut is hij klaar om te laten uitlekken op papier en direct te serveren op een bord.
Het geheim van licht en goudbruin frituren is een contante temperatuur van 175° graden.
Lo gnocco fritto è un antipasto golosissimo tipico della cucina dell’Emilia Romagna. Si tratta di un impasto del pane a base di farina, acqua, lievito e strutto, una volta fritto viene solitamente accompagnato con salumi e formaggi. C’è chi lo prepara senza strutto o chi lo preferisce addirittura cotto al forno per una versione più leggera ma questa è la ricetta originale tradizionale.
Ingredienti per circa 50 pezzi
500 gr di farina
circa 200 gr di acqua
1 cucchiaino di lievito di birra secco (oppure 8 gr di lievito di birra fresco)
70 gr di strutto (oppure pari quantità di burro oppure olio extravergine)
1 cucchiaino di zucchero
12 gr di sale
olio per friggere (oppure strutto)
Preparazione
Realizzare una pastella con 60 gr di farina presa dal totale, mescolata con lievito, zucchero, infine 50 – 55 gr di acqua per ottenere una pastella. Se si utilizza il lievito fresco va miscelato con 50 gr di acqua. Far lievitare coperto da una pellicola sul calorifero, circa 28 gradi, fino a quando non raddoppia e si formano le bollicine in superficie (circa 1 ora).
Aggiungete quindi il resto della farina e l’acqua. Impastate a mano fino a far assorbire tutti i liquidi, se l’impasto è troppo duro e c’è ancora farina intorno alla ciotola, aggiungete un altro cucchiaio di acqua, giusto il necessario per compattare tutto. A poco a poco aggiungere lo strutto morbido: impastare piano piano, aspettando prima che si assorbi un pezzo, per poi aggiungerne un altro. L’impasto deve risultare liscio e morbido. Aggiungere il sale, impastare ancora.
Formare una palla che va incisa a croce. Coprire con una pellicola e lasciate lievitare in luogo temperato a circa 28 gradi, fino a quando non triplica di volume (circa 2 ore).
Stendere l’impasto con un mattarello spolverando con un pizzico di farina sopra e sotto e formate un rettangolo che abbia uno spessore di 3 millimetri circa. Tagliare delle strisce di 5 cm di larghezza e tagliate, fino a ricavare dei rombi. Quando l’olio arriva a temperatura immergere un paio di pezzi alla volta e aspettare che si gonfi lo gnocco. Giratelo e nel giro di un minuto è pronto per essere scolato su carta e subito riposto su un piatto.
Il segreto per una frittura chiara, dorata e asciutta è un olio a temperatura 175° costante.